Muziekliefhebbers kennen hem ongetwijfeld van de vele concertverslagen en albumbesprekingen die hij onder andere schreef voor OOR en NRC: muziekjournalist Jan Vollaard. In het boekje ‘Pop!’ kijkt hij terug op zijn carrière en doet verslag van ontmoetingen met hoofdzakelijk popmuzikanten. De bonte verscheidenheid aan artiesten die hij in veertig jaar ontmoette, zorgde voor een ondertitel bij dit boek: ‘Veertig jaar werken tussen idolen en halve zolen’.
De laatste dertig jaar besprak Vollaard de vele, vele albums die hij toegestuurd kreeg. Hij ontwikkelde daarbij een opvatting die hij bij het schrijven van een recensie altijd in zijn achterhoofd hield: ‘Als een luisteraar iets mooi vindt en de recensent vindt het niks, dan heeft de luisteraar altijd gelijk. […] …alle popmuziek heeft bestaansrecht en iedere artiest verdient het om ergens op de wereld een gewillig oor te vinden.’
In de inleiding geeft Vollaard ook aan blij te zijn een aantal grote namen uit de popmuziek niet persoonlijk te hebben ontmoet. Het zou zo maar kunnen dat artiesten als bijvoorbeeld Mick Jagger tijdens een gesprek heel erg van hun voetstuk vallen en kleingeestig overkomen. Dat neemt niet weg dat Vollaard zich wel degelijk bevoorrecht voelt dat hij zoveel mensen met een idolenstatus mocht ontmoeten. Of het nu Adele of Benny Andersson betrof, Dave Grohl (Foo Fighters), Jantje Smit of K3. Ze belichamen allemaal de gekkigheid van het echte leven, zoals bijvoorbeeld de excentrieke, en stomdronken Pete Doherty van de bands Libertines en later Babyshambles.
De korte verhalen en avonturen zijn in het boekje chronologisch gerangschikt. Uit elk decennium, vanaf de eighties tot en met de jaren twintig, wordt een aantal artiesten besproken. Gezien de brede muzieksmaak van Jan Vollaard komen ook namen aan bod die niet hoog in de hitlijsten stonden, maar wel interessant genoeg zijn voor een plekje in dit boek. Bijzonder is ook dat Jimi Hendrix besproken wordt in de jaren ‘10; dat heeft natuurlijk zijn reden.
Dat een stukje over Tina Turner in het hoofdstuk over de jaren '20 het boekje afsluit, geeft aan welke impact deze zangeres volgens Vollaard heeft op huidige (Amerikaanse) zangeressen.
Hoewel de lezer misschien niet alle besproken muzikanten kent, de schrijfstijl van Jan Vollaard zorgt ervoor dat je toch verder leest. Met een dosis humor en relativering maakt hij van de artiesten mensen, en geen idolen. De ontmoeting met André Hazes bijvoorbeeld gaat alleen over de kennismaking met hem, niet over het repertoire of de optredens van de volkszanger.
Het boekje telt slechts 143 bladzijden, en dat hadden er wat mij betreft wel twee keer zoveel mogen zijn. Blijkbaar vond de auteur het zo wel genoeg. Hoe dan ook: ik heb van ieder verhaal genoten.
Jan Vollaard (1956) is muziekjournalist en platenverzamelaar van vinyl. Hij schreef onder anderen voor OOR, Varagids, HP/De Tijd en NRC. Hij zingt in de kerstband The Sleigh Shakers en bespeelt de theremin. Zijn motto luidt: ‘Het mooiste behang is een platenkast’. Het boek is opgedragen aan de veel te jong overleden popfotograaf Lex van Rossen (1950-2007), waarmee Jan Vollaard 22 jaar intensief heeft samengewerkt.
Pop! is verschenen bij uitgeverij Noordhoek/Van Gorcum en kost € 19,90. Geen e-book verkrijgbaar.
Illustraties
1. omslag van het boek
2. portret van de auteur
Recensie
Gerard van Os
Alle boekrecensies zijn ook terug te vinden op: www.vlaardingenleest.nl
Dit is een bijdrage van het recensiecollectief. Lijkt het je leuk om ook een boek te bespreken voor De Vlaardinger, mail dan je recensie naar Hans Vrugt, eindredacteur van het collectief: hansvrugt@planet.nl.