HDS: 'Dat wij informeel via de griffie moeten vernemen dat dit inhoudelijk niet kan! Een stad die beweert ruimte te willen geven aan ondernemers en levendigheid in het centrumstimuleren, is het uitblijven van een reactie niet alleen teleurstellend, maar bestuurlijk onverdedigbaar. Daarom een Motie om dit onderwerp alsnog geagendeerd en besproken te krijgen.'

Motie
Functiemenging mogelijk maken in Vlaardingen

De binnenstad van Vlaardingen kampt met ernstige leegstand en verminderde levendigheid. Dit, terwijl zij in haar Centrumplan De Binnenstad Centraal expliciet inzet op beleving, functiemenging en versterking van het winkelgebied.

Functiemenging of "blurring", zoals een koffiehoek in een boekwinkel of een proeverij bij een delicatessenzaak, is in tientallen Nederlandse gemeenten succesvol en juridisch houdbaar toegepast.

Uit landelijke pilots blijkt dat functiemenging onder voorwaarden positief bijdraagt aan klantbeleving, onderscheidend vermogen en levendigheid van winkelgebieden. Het college heeft sinds 8 april geen formele reactie heeft gegeven op een concreet beleidsvoorstel voor wijziging van de APV om functiemenging mogelijk te maken.

Overwegende dat
Gemeenten is op grond van artikel 149 van de Gemeentewet en artikel 3 van de Alcoholwet bevoegd om lokaal beleid op dit gebied vast te stellen. Er zijn geen wettelijke belemmeringen om de APV zodanig aan te passen dat functiemenging onder voorwaarden mogelijk wordt. Kortom: er ligt een unieke kans om de maatregel te verankeren in het op te stellen horecabeleid en het omgevingsplan.

Verzoekt het college
De wijziging van artikel 2.35 lid 1 sub c van de APV voor te bereiden conform het ingediende beleidsvoorstel alsmede beleidsregels vast te stellen waarin de voorwaarden voor functiemenging helder zijn uitgewerkt. Deze wijziging uiterlijk in Q3 van 2025 aan de raad voor te leggen ter besluitvorming.

Onderbouwing  toestaan "Blurring"
Het beleidsvoorstel van HDS tot wijziging van artikel 2.35 lid 1 sub c van de APV Vlaardingen, om gereguleerde functiemenging ("blurring") mogelijk te maken, is juridisch en beleidsmatig uitvoerbaar, zoals wij dat ook hebben aangetoond in ons initiatiefvoorstel. 

Waarom is de beleidswijziging wel mogelijk?
Lokaal beleidsruimte in de APV en Alcoholwet
Gemeenten beschikken over ruime regelgevende bevoegdheden op grond van artikel 149 Gemeentewet en artikel 3 Alcoholwet. In andere gemeenten (zoals Amsterdam, Leiden, Breda, Arnhem en Groningen) zijn vergelijkbare bepalingen in de APV opgenomen, waarbij blurring onder voorwaarden wordt toegestaan. Dat maakt duidelijk dat ook Vlaardingen deze ruimte heeft.

Landelijke precedenten en pilots
Het Eindrapport Pilot Mengvormen Drank- en Horecawet (Berenschot, 2017) laat zien dat in 34 gemeenten concrete beleidsmodellen zijn ontwikkeld waarin functiemenging op gecontroleerde wijze is toegestaan. Deze gemeenten werken met toetsbare criteria zoals ondergeschiktheid, oppervlaktegrenzen en alcoholbeleid. Vlaardingen zou dit model simpelweg kunnen overnemen of hierop variëren.

Geen strijd met hogere regelgeving
Zolang de voorwaarden (zoals oppervlaktebeperking, alcoholbeleid, en ondergeschiktheid) expliciet zijn vastgelegd, is er geen sprake van strijd met de Alcoholwet of het omgevingsrecht. Dat blijkt ook uit de jurisprudentie en beleidsmatige ervaringen van andere gemeenten.

Horecabeleid en omgevingsvisie in ontwikkeling: momentum
Vlaardingen is momenteel bezig met nieuw horecabeleid en het vestigingsbeleid binnen de omgevingsvisie. Juist nu is het moment om functiemenging hierin mee te nemen, zodat beleidsdocumenten op elkaar aansluiten. Het argument “we wachten nog op het nieuwe beleid” werkt hier dus averechts: dit is het moment om de randvoorwaarden te creëren.

Motie II
Invoering Leegstandverordening Vlaardingen
Hieraan gekoppeld heeft HDS een tweede Motie opgesteld. Die Motie handelt over de huidige leegstand van het lokale en als zodanig in het leven geroepen winkelhart. Maar nu dan in de uitvoering van eentje met een lekkende klep.

HDS: 'Het aantal leegstaande panden in Vlaardingen stijgt en dit een negatieve invloed heeft op de leefbaarheid en economische vitaliteit van met name het centrum. De gemeente Schiedam, in tegenstelling tot Vlaardingen, maakt met succes gebruik van een Leegstandverordening om langdurige leegstand aan te pakken.

Op grond van de Huisvestingswet 2014, artikel 1.2 en verder zijn gemeenten bevoegd een leegstandverordening vast te stellen. Die stelt gemeenten in staat leegstand te registreren, in gesprek te gaan met eigenaren, en – indien nodig – tijdelijke invulling of maatregelen af te dwingen.

De invoering van een leegstandverordening is in lijn met de doelstellingen in de omgevingsvisie, het centrumplan De binnenstad Centraal en eerdere beleidsuitspraken over versterking van de hoofdwinkelstructuur.

De gemeente dient voor eind Q3 2025 een ontwerp-leegstandverordening voor te leggen aan de gemeenteraad, met als primair doel het tegengaan van langdurige leegstand in het centrum van Vlaardingen.

Misschien is het goed dat ze hierbij gebruik maken van de kennis en ervaringen van gemeenten zoals Schiedam en Leiden. Treedt ook in overleg met vastgoedeigenaren, winkeliersverenigingen en centrummanagement over uitvoerbaarheid, communicatie en gezamenlijke doelen en zorg voor voldoende capaciteit om de verordening daadwerkelijk te handhaven.'

Tekst
Heel De Stad